Rechtbank: ‘behandeltermijn is niet alleen onbehoorlijk, maar ook onrechtmatig’
23 september 2014
Vandaag ontving ReisRecht een uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant over de termijn waarbinnen de ILT moet beslissen op een klacht / handhavingsverzoek in het kader van passagiersverordening 261/2004. In haar uitspraak legt de rechtbank een eerdere uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State naast zich neer en oordeelt zij dat de door de ILT gehanteerde beslistermijn van zes maanden onrechtmatig is, omdat de onderliggende beslissing ‘geen relevante motivering bevat en evenmin blijk geeft van een feiten- en belangenonderzoek’.