Rechtbank Amsterdam bevestigt effectieve handhavingsplicht staatssecretaris.

Bestuursrechter: “Beleid van staatssecretaris strookt niet met arrest van Europese Hof van Justitie en is vanuit een oogpunt van passagiersrechten niet aanvaardbaar te achten.”

10 januari 2014

In navolging van de recente uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant heeft de rechtbank Amsterdam bevestigd dat, bij overtreding van Verordening (EG) 261/2004, de betreffende vliegmaatschappijde in elk individueel geval door de staatssecretaris effectief moet worden gedwongen tot betaling van compensatie. De rechtbank maakt met een systematisch en gedetailleerd betoog gehakt van het beleid van de staatssecretaris.

Vanwege de verdere erkenning van het bestuursrechtelijke traject is de uitspraak door ReisRecht gevierd als een overwinning voor alle luchtreizigers in het algemeen, die dankzij de uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant en die van de rechtbank Amsterdam niet langer klakkeloos door de staatssecretaris (lees: de ILT) naar de kantonrechter mogen worden doorverwezen. De ILT moet er zélf voor zorgen dat gedupeerde burgers financiële compensatie van de vliegmaatschappij krijgen.

ReisRecht