“Consumentenbescherming slaat door.” 

29 november 2013

Nick de Leeuw, advocaat bij La Gro Advocaten, heeft in Travmagazine gereageerd op het NRC-artikel van 23-11-2013. De Leeuw vindt het een slecht artikel. Marjolein van Ravenzwaaij-Mars van De Clercq Advocaten liet al eerder van zich horen in een bijdrage op de website van BARIN en op die van haar werkgever.

“De jurisprudentie die op basis van de DBC Verordening door met name het Hof van Justitie EU is ontwikkeld, is jurisprudentie die lijnrecht ingaat tegen de bedoelingen van de (Europese) wetgever.” Aldus De Leeuw, die in een eerdere zaak nog tégen de luchtvaartbranche procedeerde.

Van Ravenzwaaij-Mars: “De vraag rijst of het aan het Hof is om de toepassing van de verordening dusdanig uit te breiden en daarmee op de stoel van de Europese wetgever te gaan zitten.”

De Leeuw en Van Ravenzwaaij-Mars zijn het dus feitelijk oneens met de werking van het EU-recht, waarbij de rechters van het Europese Hof van Justitie (EHvJ) door De Leeuw, zij het indirect, worden weggezet als “geen zinnig denkende juristen’.

Geen van beide advocaten gaat echter inhoudelijk in op de door het EHvJ gehanteerde redenering die heeft geleid tot de conclusie dat reizigers ook in geval van een langdurige vluchtvertraging recht hebben op compensatie.

Zouden zij dat wel hebben gedaan, dan hadden zij, om in de woorden van De Leeuw te spreken, ‘zoals elke weldenkende jurist’ de logica van die redenering moeten erkennen.

Door het Europese Hof steeds in algemene zin te bekritiseren, zonder zijn jurisprudentie met kracht van argumenten te bestrijden, slaan advocaten als De Leeuw en Van Ravenzwaaij-Mars elke discussie op voorhand dood. Dat is jammer, want het onderwerp verdient beter dan dat.

Voor de liefhebbers onder ons: lees hier de door het EHvJ in zijn arrest gehanteerde redenering.

ReisRecht