Compensatie bij reorganisatie van vluchten na staking

4 oktober 2012

Het Europese Hof heeft in zijn arrest van 4 oktober 2012 bepaald dat de artikelen 2, sub j, en 4, lid 3, van verordening nr. 261/2004 aldus moeten worden uitgelegd dat een staking van luchthavenpersoneel, die voor een luchtvaartmaatschappij aanleiding is om de op die staking volgende vluchten te reorganiseren, een „instapweigering” op die latere vluchten niet kan rechtvaardigen, en deze vervoerder niet kan bevrijden van zijn verplichting tot compensatie overeenkomstig artikel 4, lid 3, van die verordening van de passagier die hij niet aan boord heeft laten gaan van een van de na bedoelde omstandigheden gecharterde vluchten.